Waarom een pijlstaart me aan mijn vriendin doet denken…
Een eigenschap van mijn huidige vriendin waar ik stikjaloers op ben, is haar slapend vermogen. Daar waar ik, als ik naar bed ga, nog wel even tijd nodig heb om in slaap te komen, is mijn eega reeds vertrokken als ze haar kussen ruikt. Letterlijk.
Heb ik dan nog een vraag (bijvoorbeeld: is er nog wiet?), dan maak ik haar gerust nog even wakker, stel mijn vraag en daarna slaapt ze doodleuk weer verder. Vindt ze prima. Ik zou pislink zijn als je me wakker maakt als ik net slaap. Zeker voor een beetje hasj. Ik zou dan, over mijn ergste vermoeidheid heen zijnde, de slaap niet meer kunnen vatten.
Op onze vlucht naar Florida zit ze al te maffen als het vliegtuig in Amsterdam nog aan de gate staat. Als we tien uur later in Miami landen, gaan haar ogen half open en vraagt ze: "Zijn we al vertrokken dan?"
We zijn gestopt met naar films kijken. De openingsscène krijgt ze meestal nog wel mee, maar daarna is ze vertrokken. Zit ik de film, die zij meestal uitzoekt, weer in m'n eentje te kijken. Dat was ik snel zat. Ik heb haar, niet gelogen, zelfs slapend van het toilet geplukt.
Stel ze krijgt ooit acht jaar gevangenisstraf, dan gaat ze gewoon acht jaar pitten. Probleemloos! Nu is mijn vriendin, de schat, de goedheid zelve, dus die acht jaar krijgt ze natuurlijk nooit. Het is ‘bij wijze van spreken’.
Dat kunnen slapen heeft ze niet van een vreemde. Want wat blijkt, ontmoet ik laatst haar zuster, is zij ooit slapend van de snelweg geplukt! Wederom geen woord aan gelogen.
Waarom dit slaapverwekkende verhaal? Ooit trof ik een pijlstaart op de Maasvlakte die mij aan mijn partner en haar geinige zus deed denken. Normaalgesproken zijn pijlstaarten schuwe eenden, die wegvliegen als je alleen al naar ze kijkt. Daar trek je dan geen gedegen foto van. Die van de Maasvlakte zat te pitten, dus daar kon ik met de auto naar toe rijden.
Het probleem was echter dat die slapende eend met haar kop tussen de veren zat en het vertikte om voor mij ‘en profil’ te poseren. Gewoon ff die kop uit de veren. Geef me vijf minuten, dan rijd ik weer verder. Niets van dat alles. Ze vertikte het. Zelfs een riedeltje op mijn claxon maakte haar niet wakker. Want zo ben ik dan ook wel weer. Gaat een vogel niet goedschiks op de foto dan maar kwaadschiks.
Na veel vijven en zessen lukte het me om één mager fotootje te maken. Sinds die tijd noem ik mijn vriendin pijlstaartje. Het waarom daarvan heb ik nu enigszins toegelicht...