Wat goed dat Rob Buiter zaterdag 18 juli jl. in Trouw aandacht besteedt aan het fenomeen natuurfotografie.
Natuurfotografie is een populaire bezigheid geworden van steeds meer mannen en gelukkig ook van vrouwen. Rob heeft gelijk dat deze vorm van fotograferen niet altijd even goed verloopt. Ik ben het echter maar ten dele eens met de oplossingen die Rob aandraagt. Die hadden beter gekund.
Met dit schrijven hoop ik medenatuurfotografen te prikkelen en een aanvullende oplossing aan te dragen.
Wie zijn die kwade ‘draaihalscriminelen’ die bij de inmiddels bekende nestpaal zijn wezen fotograferen in Drenthe? Alhoewel ik niet naar deze draaihals-hotspot ben geweest, druk, druk met een eigen fotoproject, had ik daar zomaar tussen kunnen staan. Ik ben namelijk dol op nestfoto’s.
Niet voor niets is Nol Binsbergen mijn grote held. Die deed niet anders dan nestfoto’s maken en zaagde halverwege de vorige eeuw gewoon drie meter stam uit een nestboom met broedende sperwers om het nest een aantal meters lager te krijgen. Hatseflats! Toegegeven, dat waren andere tijden en in die tijd was hij zo ongeveer de enige die vogels fotografeerde.
Sinds de intrede van de digitale camera zijn steeds meer mensen natuur gaan fotograferen. Dat is een goede zaak, want iedereen die natuur fotografeert, wordt een natuurliefhebber en zal niet jagen, niet stropen en geen vogeltjes illegaal vangen. Ik noem maar wat. En als iemand natuurliefhebber is geworden, gooit hij geen plastic meer op straat, steunt Vogelbescherming, stemt op een partij die voor duurzaamheid is, pakt steeds vaker de fiets en eet een beetje minder vlees. Tenminste, dat hoop ik.
Laat die gasten, wat mij betreft, ‘en masse’ met elkaar die ene draaihals fotograferen. Gezellig! Bijkomend voordeel is dat die ene draaihalsfamilie ervoor zorgt dat al die natuurfotografen naar dat ene plekkie gaan. Stel je toch eens voor dat ze allemaal op zoek gingen naar een eigen draaihals! Potver, dat zou nog eens echt voor overlast zorgen!
En ik begrijp dat van de zeven jongen er zes zijn uitgevlogen. Klopt dat? Dat komt dan dankzij die fotografen. Die hebben er met elkaar voor gezorgd dat het nest niet gepredeerd kon worden door een ekster of door een stroper. Halleluja!
Ennuh, dit is het nieuwe normaal. Als al die geinige vogeltjes niet snel wennen aan de oprukkende natuurfotograaf, dan sterven ze maar uit. Niet dat ik dat wil, maar zo werkt het op planeet aarde. Die natuurfotografen stoppen echt niet met fotograferen en geloof me, er zullen er alleen maar meer bijkomen.
Rob draagt twee oplossingen aan. De ene oplossing, het vervagen op internet van broedplaatsen van kwetsbare vogels werkt ten dele en in die zin is dat een prima idee. Weet wel, natuurfotografen hebben een groot ‘ons kent ons’-gehalte. Die gasten lullen alles aan elkaar door. En ik kan het weten, want ik ben één van die gasten hé.
De tweede oplossing, gaan fotograferen in een betaalde fotografiehut, snijdt mijns inziens geen hout. Natuurfotografen zijn postzegelverzamelaars, die willen elk vogeltje hoogstpersoonlijk zelf op de foto zetten. Daar ga je niets aan veranderen. Dus bij elk volgend buitenkansje staan ‘ze’, inclusief ikzelf, er weer met z’n allen.
Wat is dan wel een goede oplossing? Laten we als fotografen elkaar in het veld aanspreken op wangedrag (en niet achteraf op internet) en met elkaar de discussie aangaan. Ik ben in het verleden geregeld aangesproken op mijn gedrag als natuurfotograaf en hoewel dat soms even slikken was, heb ik mijn gedrag aangepast. Heden ten dage ben ik voorzichtiger en inlevender met mijn foto-onderwerp. En ik zal bekennen dat ik voor mezelf nog wat verbeterpuntjes zie.
Ik zie een oplossing dus meer in het bespreekbaar maken van dit issue. Het artikel van Rob is alvast een mooie aanzet om de discussie met elkaar aan te gaan...
Gezellig met ons allen...