Een appje met de vraag of ik trek heb in een geitenmelker doet mij in de auto stappen.
Na mijn auto geparkeerd te hebben bij de Maassluise scouting, is het nog zo’n tien minuten lopen. En jawel, aangekomen op de bewuste locatie, zit mevrouw de geitenmelker te dutten op een tak. Deze vogels zie je zelden. Niet alleen omdat de geitenmelker een uitgesproken nachtvogel is, maar ook omdat met name boeren deze aparte vogels met vliegenmeppers belagen.
En terecht. Laat je ze hun gang gaan, dan zullen ze bij het invallen van de nacht je geit, of ander klein hoefdier, maar met name de geit, besluipen en zich te goed doen aan hun melk. Stadse lieden beweren dat dit onzin is. Die gasten komen blijkbaar nooit buiten. En weet je hoe ze hem noemen? Nachtzwaluw. Hoe verzin je het.
Omdat mijn schoonfamilie een hoog agrarisch gehalte heeft, heb ik de Maassluise dagslaper met een vliegenmepper verdelgd. Na het maken van de foto’s uiteraard. Met één rake klap tuimelde ze van haar takje. Hatseflats! Op naar de volgende...
En in 2006 (Kwintsheul) heb ik al eens eerder een geitenmelker gemept: