Een ieder heeft een zwak voor uilen. Dat wisten we natuurlijk al ruim voor Harry Potter. De eerste moet ik nog tegenkomen die niet van deze vogels houdt.
Komt het omdat ze zo geheimzinnig zijn? Omdat ze er zo grappig uitzien? Of zo wijs uit hun ogen kijken? Of juist omdat ze er zo onhandig uitzien? Wie het weet mag het zeggen. Uilen bezitten speciale veren (met een kartelrandje) en hebben bevederde poten, waardoor ze geruisloos kunnen vliegen. Hierbij een overzicht van onze Europese uilenvrienden. Wat is jouw favoriete uilensoort? Welke vraag jij voor je verjaardag?
Kerkuil
De kerkuil is een buitenbeentje tussen de uilen (net als de gierzwaluw tussen de zwaluwen). Voor een kerkuil zul je je nachtrust moeten opofferen, ze zijn namelijk alleen ’s nachts actief. Ga je deze soort fotograferen en gebruik je daarbij kunstlicht? Weet wat je doet, een verstoring zit in een klein hoekje.
Velduil
De aanwezigheid van velduilen laat zich moeilijk voorspellen. Het ene jaar zijn ze er wel, het andere jaar moet je ze met een loep zoeken. Op de Waddeneilanden willen ze nog wel eens broeden. Ze lijken wel op ransuilen, echter de ‘oortjes’ zijn kleiner en de iris is geel (rood bij de ransuil). Is een locatie waar een velduil verblijft eenmaal bekend? Dan kan hij rekenen op veel bekijks.
Steenuil
De steenuil is een standvogel. Dat betekent dat deze soort altijd min of meer in zijn broedgebied verblijft. Dus ben je als fotograaf natuurlijk extra voorzichtig. Is dit de kleinste uil van Europa? Nee, het kan kleiner, maar dat komt later.
Ransuil
Ino. Nothing sweet about me!
Wie kent hem niet, met zijn grappige ‘oortjes’? Die ‘oortjes’ zijn overigens geen echte oren, maar sierveren. Wist je dat bij uilen de oren asymmetrisch zijn gesitueerd? Het ene oor zit wat meer naar achter dan de ander. Zo kan hij beter horen.
Sneeuwuil
Sneeuwuilen zijn zwervers. Zo kan hij (al dan niet met behulp van een schip) in de Lage Landen terechtkomen. Wist je dat deze soort in de jaren zestig van de vorige eeuw in het hoge noorden van Engeland heeft gebroed?
Laplanduil
Deze grijze uil leeft in Scandinavië, maar ook in het oosten van Europa zoals in de Oekraïne. Deze soort breidt zich uit naar het westen en broedt inmiddels al in Polen. De laplanduil is een grote uil, maar vangt alleen muizen.
Oeraluil
De oeraluil is een grote uitvoering van onze bosuil. Bij het nest kunnen ze zeer agressief zijn. Je kunt hem vinden in een mengsel van loof- en naaldbossen.
Dwerguil
Deze uil is nog kleiner dan onze eigen steenuil. Een belangrijk verschil met steenuil is dus het formaat (nog kleiner), een kortere wenkbrauwstreep en een langere staart. Door deze uil heb ik ooit een verrassende nachtelijke ontmoeting gehad. Deze felle rakker kan, ondanks zijn kleine formaat, muizen en vogels, zoals mezen vangen.
Dwergooruil
De dwergooruil komt alleen in het zuiden van Europa voor. Hoogst zelden wordt hij in Nederland gemeld. Deze uilensoort is een expert in het zichzelf verstoppen. De goede camouflage van het verenkleed helpt daarbij.
Ruigpootuil
De ruigpootuil is alleen ’s nachts actief. Dat is verrassend omdat zijn iris geel is. Meestal hebben nachtjagers (zoals de bosuil en de kerkuil) compleet zwarte ogen.
Oehoe
De oehoe is de grootste uil van onze planeet! Hij is zelfs in staat een huiskat en de havik als prooi te verschalken. Bruut! De oehoe is in opkomst in Nederland en broedt elk jaar met meer paartjes in Nederland.
Sperweruil
De sperweruil hebben we een paar jaar geleden allemaal gezien in Zwolle. Degenen die al wat langer meelopen, hebben hem ook al weleens in Drenthe gezien (2005). Deze uilen zijn tam, erg tam zelfs. In Zwolle dook hij tussen de vogelaars naar de grond om daar een muis te pakken!
Bosuil
Jong ontmoet jong. En dat gewoon in de wijk waar ik woon. Met verwondering zag ik dat beiden elkaar veel te vertellen hadden. De conversatie duurde en duurde en mijn verbazing groeide met het moment. Wat zouden ze toch te bespreken hebben? Zowel de takkeling als de peuter vroeg ik ernaar, maar beiden wilden er geen mededelingen over doen. Dat heb ik weer! Wat ik wel begreep is dat ik, spijtig genoeg, nooit zo close met een bosuil zou zijn als deze dame…